André Faaij

Onderzoeksgebied

Zijn onderzoeksinteresses en -prioriteiten dragen bij aan de doelstellingen van TNO door de mogelijkheden en het gebruik van krachtige systeemanalysemethoden en -hulpmiddelen om de energietransitie en industriële transformatie te informeren.

Belangrijke onderzoeksinteresses omvatten: bio-gebaseerde economie, duurzame energietechnologieën, energiesysteem- en scenarioanalyse en modellering, duurzaamheidsbeoordelingen van energiesystemen, alternatieve transportbrandstoffen, decarbonisatie van fossiele brandstoffen, opvang en opslag van CO2, waterstofeconomie, afvalverwerking, materiaal- en energie-efficiëntie, gemakkelijke leercurve en innovatie in energiesystemen, landgebruik, landbouw, milieusysteem- en impactanalyse, sociaal-economische impactanalyse, koolbalansen en -boekhouding, energie- en onderzoeksbeleid. Lopend onderzoek omvat integratievragen van energiesystemen, modellering, transitieprocessen naar koolstofarme energiesystemen en gerelateerde innovatie- en beleidsvragen.

Met de voortgang van de energietransitie nemen de effecten op de economie, het grondstoffengebruik, de samenleving (bijv. structuur van de economie, banen, inkomenseffecten), ruimte, het gebruik van (natuurlijke) voorspeld en het milieu toe, zowel op een positieve ( synergieën) als negatieve (conflicten en beperkingen) manier. Het vermogen om de volledige impact van veranderingen in het energiesysteem en industriële transformatie op geïntegreerde wijze 'ex ante' te begrijpen, is van vitaal belang gebleken voor het nemen van weloverwogen beslissen op alle niveaus en het vermijden van grote conflicten in de samenleving aan de ene kant en het maximale van potentiële voordelen van de energietransitie aan de andere kant. Mijn onderzoeksinteresses en -prioriteiten dragen bij aan de doelstellingen van TNO door de mogelijkheden en het gebruik van krachtige systeemanalysemethoden en -hulpmiddelen om de energietransitie te informeren.

Andere rollen

Hij maakt deel uit van verschillende (inter)nationale expertgroepen op het gebied van energiebeleid, biogebaseerde economie, onderzoek en strategische planning. Adviseur voor overheden, internationale verdeeld zoals de EC, IEA, het VN-systeem (inclusief UNIDO, UNEP, FAO), GEF, OECD, WEF, IAEA, WEC, de energiesector en industrie, strategische adviesbureaus, NGO’s. Dit omvat de positie van voorzitter van de Netherlands Energy Research Alliance: Our People – NERA - Netherlands Energy Research Alliance en bestuurslid van de European Energy Research Alliance: EERA - News (eera- set.eu).

Feiten & cijfers

• ~400 titels gepubliceerd in peer-reviewed wetenschappelijke tijdschriften, >150 rapporten, 8 boeken & Special Issues, >40 boekhoofdstukken, >200 conferentieartikelen en >300 andere publicaties en interviews.
• Brede ervaring met >100 projecten en programma's voor EC, Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), regeringen, internationale machtig en de private sector. ~70 MEuro onderzoeksbudget verworven tot nu toe voor eigen onderzoek.
• Begeleiding van 60 PhD-trajecten tot nu toe, >20 lopend. Begeleiding van >80 Masterstudenten.
• >500 presentaties op nationale en internationale evenementen. Talrijke televisie- en radio-interviews, georganiseerde workshops, conferenties, bijvoorbeeld via lidmaatschappen van organisatie- en wetenschappelijke commissies.
• Hirsch-index: 92 (Scopus); 121 (Google Scholar).
• Vermeld als 'hooggeciteerde onderzoeker' door Clarivate Web of Science (voorheen Thomson Reuters) sinds 2012 (top 1% van onderzoeksveld).
• Als IPCC-lid bekroond met de Nobelprijs voor de Vrede voor het IPCC in 2007.
• Vernoemd tot 'Young Global Leader' (YGL) in het World Economic Forum (2009).
• Genomineerd voor de ENI Award 2014 voor Hernieuwbare Energie (bijgenaamd: 'Nobelprijs voor Energieonderzoek') en voor de Leigh Ann Conn Prize – University of Louisville – VS (2019).
• De Linnebornprijs; opgericht in 1994 voor een uitstekende bijdrage aan de ontwikkeling van energie uit biomassa (juni 2015).
• Vermeld als Top Scientist op Research.com: #150 wereldwijd voor Milieuwetenschappen en #72 wereldwijd voor Techniek & Technologie. Voor Nederland verrassend #6 en #4 (2024).