
Broeikasgas emissie monitoring en verificatie
In het Parijsakkoord hebben 195 landen afgesproken te streven naar het voorkomen van gevaarlijke klimaatverandering. Wij werken daarom aan nationale en Europese emissie-inventarisaties en een verificatiesysteem voor broeikasgassen. Zo leggen we de basis voor maatregelen ter bestrijding van klimaatverandering.
Broeikasgassen
De concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer bepaalt de opwarming van de aarde. Atmosferische monitoring is daarom onze vinger aan de pols. De broeikasgassen die we meten zijn koolstofdioxide (CO2), methaan (CH4) en lachgas (N2O). De eerste twee meten we al sinds 1992 in Nederland. Voor steden en individuele sectoren is het belangrijk om de eigen vooruitgang te meten. We monitoren emissies nu vooral op basis van statistieken. Maar die zijn op veel plekken onbetrouwbaar, onvolledig of onvoldoende gedetailleerd.
Emissies meten
Om het klimaatbeleid te ondersteunen, werken we aan manieren om de uitstoot van broeikasgassen in kaart te brengen. Dit doen we met behulp van emissie-inventarisaties en metingen. Meet- en satellietdata rekenen we terug van concentraties naar emissies en hun verschillende bronnen. Van het meten van emissies met behulp van satellieten verwacht men veel. Daar zijn we dan ook volop mee bezig. Maar ook op de grond meten we direct de emissies. Zo meten we methaan bij olie en gaswinning in binnen- en buitenland.

Ruisdael Observatorium
Het Ruisdael Observatorium is een landelijk dekkend observatorium voor metingen van de atmosfeer. Hier werken we samen met partners aan het meten, modelleren en begrijpen van atmosferische processen. Als onderdeel hiervan kwantificeren we (lokale) broeikasgasbudgetten. Binnen Ruisdael coördineren we de metingen rondom Rotterdam. Ook doen we mobiele metingen van bijvoorbeeld methaanbronnen.
Zo hebben we in augustus en september 2022 met het observatorium een grote meetcampagne gedaan in Rotterdam. Met verschillende meetinstrumenten, zoals fietsen, mobiele meetwagens, satelliet-instrumenten en zelfs vliegtuigen, hebben we de stedelijke emissies in de regio Rotterdam in kaart gebracht.
Bekijk de beelden van de vele meetinstrumenten voor deze meetcampagne in Rotterdam:
Europees verificatiesysteem
We werken samen met internationale partners aan een Europees verificatiesysteem voor broeikasgassen. Dit doen we in de projecten VERIFY, CHE, CoCO2 en ICOS-cities. In eerste instantie identificeren we daarmee vooral hiaten in de emissie-inventarisaties, zodat we die kunnen verbeteren. Uiteindelijk zetten we broeikasgasverificatie in tijdens de vijfjaarlijkse 'global stocktake' van het Parijsakkoord. Hierbij bekijken we de voortgang in het behalen van de klimaatdoelstellingen. Zo komt er meer duidelijkheid over de werkelijke emissiereductie en of aanvullende actie nodig is.
Ondersteuning bij beleidskeuzes
Informatie uit metingen en verificatiesystemen toont op termijn aan waar vooruitgang plaatsvindt. Bijvoorbeeld in welke sectoren. Op basis daarvan neemt men aanvullende maatregelen op de meest doeltreffende plaatsen. Onze projecten en kennis leveren zo een goede bijdrage aan het maken van beleidskeuzes. Een voorbeeld is ons onderzoeksrapport over methaanemissie bij gaswinning met antwoorden op een Tweede Kamervraag.
Neem contact met ons op
Laat je verder inspireren
Een nieuwe fijnstofaanpak voor versnelling gezondheidswinst
Kennisinstituten bundelen krachten voor onderzoek naar klimaatverandering en luchtvervuiling met satellieten


Klimaat- en Energieverkenning 2021: Klimaatdoel 2030 vereist voortvarende uitvoering van bestaand én nieuw beleid
De broeikasgasuitstoot daalt naar verwachting met 38-48 procent in 2030 ten opzichte van 1990. Daarmee is het kabinetsdoel, om in 2030 49 procent minder uit te stoten dan in 1990, nog niet in zicht. De geraamde daling is nu wel fors groter dan in de KEV 2020, die uitkwam op 30-40 procent afname. Dat komt grotendeels doordat er in het afgelopen jaar meer beleid concreet is uitgewerkt voor de industrie en de mobiliteit. Met nog ruim acht jaar te gaan tot 2030, is het zaak het bestaande beleid zo voortvarend mogelijk uit te voeren. Daarbovenop vragen het bestaande kabinetsdoel en de recent door Europa voorgestelde extra ambities om nieuw beleid voor 2030.