Ruim helft zzp’ers ziet vraag tijdens coronacrisis afnemen
Begin 2021 geeft ruim de helft van de zelfstandig ondernemers zonder personeel aan dat de vraag naar hun producten en diensten is afgenomen tijdens de coronacrisis. Het percentage dat de financiële situatie van het bedrijf als (zeer) goed beoordeelt is sinds begin 2019 afgenomen van 53 tot 40. De gemiddelde tevredenheid met het werk bleef niettemin gelijk. Vanwege de opgelegde overheidsmaatregelen heeft twee derde aanpassingen in de bedrijfsvoering doorgevoerd. Dat blijkt uit de tweejaarlijkse Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA) van TNO en CBS.
Begin 2021 is deze enquête gehouden onder ruim 8 duizend zelfstandig ondernemers. Ditmaal is aanvullend gevraagd naar de invloed van de coronacrisis op de eigen onderneming. Hieruit blijkt onder meer dat ruim de helft (51 procent) van de zelfstandig ondernemers zonder personeel (zzp’ers) door de coronacrisis te maken kreeg met minder vraag naar hun diensten of producten. Van die groep beoordeelde 54 procent de financiële situatie van hun onderneming begin 2021 als matig of slecht en 16 procent als (zeer) goed.
Aan de andere kant gaf ruim 10 procent van de zzp’ers aan dat hun diensten en producten tijdens de coronacrisis juist meer aftrek vonden. Van deze groep beoordeelde 72 procent de financiële situatie als (zeer) goed.
Vanwege de overheidsmaatregelen zijn diverse bedrijfstakken tijdelijk niet of slechts beperkt fysiek toegankelijk geweest. 38 procent van de zelfstandig ondernemers zonder personeel gaf aan dat hun onderneming tijdelijk gesloten is geweest, of dat ze tijdelijk niet hebben kunnen werken.
Vooral in dienstverlenende en creatieve beroepen liep vraag terug
De verandering in de vraag naar producten, in negatieve of in positieve zin, verschilt naar de beroepsklasse waarin zzp’ers werken. Van de zzp’ers met een dienstverlenend beroep, zoals kappers, schoonheidsspecialisten en koks, gaf 80 procent aan dat de vraag was afgenomen. In de creatieve en taalkundige beroepen was dat ruim 73 procent. Het gaat dan om bijvoorbeeld kunstenaars, grafisch vormgevers en taalkundigen. Ook in de transport- en logistieke beroepen was er sprake van een bovengemiddeld teruglopende vraag. In deze beroepsklasse vallen bijvoorbeeld taxichauffeurs.

Veel minder vaak (bij 10 procent van de zzp’ers) was er sprake van een toename van de vraag. Dat kwam vooral voor bij zzp’ers die werken in technische beroepen (16 procent), zoals bouwarbeiders en timmerlieden, en in commerciële beroepen (14 procent), zoals winkeliers in de detailhandel. Ook zzp’ers in zorg- en welzijnsberoepen (14 procent), bijvoorbeeld artsen en psychologen, en ICT-beroepen (12 procent) kregen te maken met meer vraag naar hun diensten.
Aanpassingen in de bedrijfsvoering
Overheidsmaatregelen met het doel de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan hebben bij twee derde van de zzp’ers geleid tot aanpassingen in de bedrijfsvoering. Zo gaf 29 procent aan vaker thuis te zijn gaan werken, en 25 procent meldde extra werkzaamheden te hebben uitgevoerd in verband met de hygiëneregels. Bijna 15 procent is zijn dienst of product anders gaan aanbieden, bijvoorbeeld door maaltijden die niet geserveerd konden worden te laten bezorgen of afhalen. Ongeveer 13 procent heeft zijn werktijden of openingstijden aangepast en een even groot aandeel is nieuwe of andere diensten of producten gaan aanbieden.

Zzp’ers met een creatief, taalkundig of pedagogisch beroep geven het vaakst aan dat zij nieuwe of andere diensten of producten zijn gaan aanbieden in de coronaperiode. Dit zijn ook de beroepsklassen waar de vraag het meest terugviel. Van degenen die andere of nieuwe diensten of producten zijn gaan aanbieden, wil zo’n 80 procent daarmee doorgaan, ook als de coronacrisis voorbij is. In dienstverlenende beroepen en in beroepen in transport en logistiek, waar de vraag ook sterk terugliep, werd duidelijk minder vaak gekozen voor het aanbieden van andersoortige diensten.
Niet minder tevreden met werk
Het percentage zzp'ers dat zich zorgen maakt over de toekomst van het bedrijf is tussen 2019 en 2021 gestegen van ruim 46 naar bijna 52. Toch is, net als in 2019, 80 procent van de zzp’ers (zeer) tevreden met het werk als zelfstandig ondernemer. Dit aandeel ligt wel lager bij degenen die te maken hebben gehad met een afname van de vraag (ruim 74 procent (zeer) tevreden) dan bij degenen die een toename in de vraag meemaakten (89 procent (zeer) tevreden). Ook is het aandeel zzp’ers dat liever in loondienst zou willen werken (als ze de vrije keuze hadden) niet toegenomen. Dit aandeel is met ruim 11 procent nagenoeg hetzelfde als in 2019.
Toelichting:
Zelfstandig ondernemer
Een persoon die voor eigen rekening of risico arbeid verricht in een eigen bedrijf of praktijk. Tot de doelpopulatie van de Zelfstandigen Enquête Arbeid behoren zowel zelfstandig ondernemers zonder als met personeel. Dit artikel richt zich alleen op de zelfstandig ondernemers zonder personeel. In 2019 telde Nederland ruim 1,2 miljoen zelfstandig ondernemers, van wie ruim 1 miljoen geen personeel in dienst heeft. Het betreft hier alle personen met inkomen als zelfstandig ondernemer, ongeacht of dat het hoofd- of neveninkomen is. Andere zelfstandigen, zoals directeuren grootaandeelhouders (251 duizend) en personen met overige inkomsten (417 duizend) maken geen deel uit van de doelpopulatie van de ZEA.
Beroepsklasse
De plaats in de indeling van beroepen volgens de Beroepenindeling ROA-CBS 2014 (BRC 2014). Beroepsklasse refereert aan de eerste 2 cijfers van de classificatie. Beroepsklassen zijn gevormd door beroepen te combineren die overeenkomen in niveau en richting van de benodigde bekwaamheden. De indeling van de BRC 2014 naar beroepsklassen is een indeling in 13 klassen.
Publicaties
Neem contact met ons op
Laat je verder inspireren
1 op de 10 werknemers voelde zich in 2022 gediscrimineerd op werk
In 2022 voelde 10 procent van alle werknemers zich in de voorafgaande twaalf maanden gediscrimineerd op het werk. Ervaringen met discriminatie vanwege afkomst, huidskleur of nationaliteit en vanwege leeftijd of geslacht komen op de werkvloer het meest voor. Dit blijkt uit de nieuwste cijfers van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) van het CBS en TNO, die in het laatste kwartaal van 2022 is uitgevoerd onder 61.000 werknemers.


Vier op de tien werkgevers vindt werkdruk een van de belangrijkste arbeidsrisico’s
In 2021 gaf 40% van de werkgevers aan dat werkdruk tot één van de belangrijkste risico’s binnen het bedrijf hoort. Om dit aan te pakken zetten ze vooral in op het verhogen van de autonomie, instellen van een aanspreekpunt en het aanpassen van het werk. Dit blijkt uit de TNO factsheet ‘Werkstress’.


Monitoring arbeidssituatie
Om kennis over werkend Nederland toegankelijker te maken en het gebruik van monitordata te stimuleren, hebben we een speciale website ontwikkeld.


Werkgevers hebben minder aandacht voor mentaal welzijn werknemers
Aantal flexibele contracten met meer zekerheid in eerste kwartaal 2022 toegenomen
Het aantal werknemers met een flexibele arbeidsrelatie nam in het eerste kwartaal van 2022 toe ten opzichte van een jaar geleden. Vooral het aantal flexibele werknemers met relatief meer zekerheid, zoals mensen met een tijdelijk contract met uitzicht op een vast contract, was hoger; er waren juist minder oproepkrachten. Ondanks de toename met 111.000 is het totaal aantal werknemers met een flexibele arbeidsrelatie nog steeds 17.000 lager dan net voor de coronacrisis. Dat melden het TNO en het CBS op basis van een gezamenlijke analyse van de nieuwste gegevens over flexibel werk in Nederland.